Written by Ingrid Roefs
25 feb 2021
Eén van de specialismen van Nico de Bont is natuursteenrestauratie. Soms met grote blokken tegelijk; soms delicaat en zeer gedetailleerd. Met Ton Wuijten hebben we een ware expert op dit laatste vakgebied in huis. Hoe meer de klus vraagt om geduld en finesse, hoe beter het hem past. Een gesprek over Vakmanschap. Inderdaad: met een hoofdletter V.
Het reinigen van natuurstenen ornamenten boven de voordeur van een monumentale binnenstadwoning. Gedetailleerde reparaties aan museale beelden. Aanhelen van details aan gevels en torens. Herstellen van grafmonumenten, zuilen, cement rustieken of monumentale mozaïekvloeren… Het zijn klussen waar maar weinig restauratievakmensen zich aan wagen. Ton wordt er juist blij van en rijdt door het hele land om onze kleine en grote projecten met zijn specialisme te ondersteunen: “Ik werk veel aan verfijnde details die soms wel honderden jaren oud zijn. Dat vraagt om heel veel geduld, beleid en een goede voorbereiding. Je moet eerst goed nadenken voor je ergens aan begint. Er kan veel misgaan. Of anders gezegd: je kan het maar één keer doen en dan moet het goed zijn. Dat vind ik er heel mooi aan.”
Ook adviseren hoort bij Tons werk. “Een leuk onderdeel! Restaureren doe je nooit alleen, maar altijd met een team. Zo vragen ze me wel eens mee te kijken naar welke mortel het best is voor een bepaalde reparatie. Begrijp me goed, dat weet ik ook niet meteen. Het begint allemaal met ‘luisteren naar de steen’ en kijken naar de kleinste details. Zodra mijn hand aan het blok zit, vertelt het mij zijn eigen verhaal. Door te voelen, te kloppen, te luisteren naar hoe het klinkt, weet ik al heel veel over de staat van het blok en wat het wellicht nodig heeft. Maar ik kan bijvoorbeeld ook vragen om een speciale zoutanalyse om het verhaal compleet te krijgen. En ik stel mezelf vragen: moet ik iets weghakken om zeker te zijn van mijn zaak en zo ja, hoe ver? Al die dingen deel ik dan met het team, zodat zij beslissingen kunnen nemen over de benodigde restauratiemethode en -materialen en dergelijke.”
“Maar het kan ook andersom werken. Dat het advies al gegeven is, maar dat ik - met mijn handen aan het blok - vaststel dat de gemaakte keuze misschien niet de beste is. Bijvoorbeeld als ik dingen tegenkom, die vooraf nog niet zichtbaar waren. Het is dan fijn om te merken dat er niet alleen geluisterd wordt naar mijn adviezen, maar dat het zelfs wordt gewaardeerd als ik aan de bel trek. Bij Nico de Bont, maar als dat zo uitkomt ook bij cultuurhistorici, de Rijksdienst voor Cultureel Erfgoed, architecten of restauratiepartijen. Ook dát onderdeel van mijn werk vind ik boeiend.”
Of er veel verschil zit in mortels? “Oh absoluut! Voor welk materiaal is de mortel bedoeld? Met wat voor ondergrond hebben we te maken? Hoe zit het met de hechting? Hoeveel water is er nodig? Iedere steen en iedere toepassing kan om een andere samenstelling vragen. En ben ik even niet helemaal zeker van mijn zaak? Dan neem ik direct contact op met één van de universitair geschoolde topspecialisten in ons land om te overleggen. Dat is in onze branche heel gewoon. Gelukkig maar, want daar leer ik zelf ook weer veel van en zo blijf ik me ontwikkelen.”
Een aparte tak van sport binnen het restauratievak, is het ‘patineren’. Ton: “Ofwel, het ‘inkleuren’ van nieuwe blokken, details of gerepareerde stenen met een minuscuul laagje mineraalverf, zodat ze qua kleur meer doorleefd lijken en zo naar de oude stenen worden toegewerkt. We noemen dat patineren, of ‘ontstoren’ omdat het geheel er wat rustiger door oogt. Dat laatste moet je overigens niet onderschatten. Als je niet ontstoort, blijven restauraties erg zichtbaar. Voor sommige projecten is dat gewenst, voor andere weer niet. Bij Nico de Bont gaan we daar heel zorgvuldig mee om!”