Vakschool - Hoe een rijksmonument helpt vakmanschap door te geven
Zonder vakmensen geen vakmanschap. En zonder vakmanschap geen behoud van monumenten. Nico de Bont voelt een grote verantwoordelijk voor de werving, opleiding en ontwikkeling van vakmensen. Hoe kun je de passie voor het restauratievak doorgeven aan de volgende generatie? En hoe begeleid je ze op weg naar meesterschap? Met de Nico de Bont Vakschool.
Interview met Syquin van den Berg en Joris van der Linden
Hinthamerstraat Den Bosch
Syquin van den Berg zet zich vanuit de Nico de Bont Vakschool al een aantal jaar met hart en ziel in voor deze vraagstukken. De Vakschool maakt tijdelijk gebruik van een bijzondere leslocatie: een rijksmonument uit de 13e eeuw aan de Hinthamerstraat in ’s-Hertogenbosch. In afwachting van de plannen voor het pand mag Nico de Bont het leegstaande gebouw van eigenaar gemeente ’s-Hertogenbosch gebruiken. ”Alléén om te kijken en van te leren, we gaan niks restaureren”, licht Syquin toe. “Het gebouw versterkt ons doel: enthousiasmeren en opleiden in de erfgoedsector. Dit pand is een plek geworden waar alle elementen uit ons scholingsprogramma samen komen.”
Jongeren en zij-instromers
Vanuit de Vakschool begeleiden ervaren vakprofessionals nieuwkomers tot allround restauratiemetselaar of -timmerkracht. “Via het leermeester-gezel principe borgen wij de kwaliteit van ons vakmanschap. En dit doen we niet alleen met jongeren. Ook ervaren vakmensen uit de (nieuw)bouw zijn welkom.”
Historische telmerken
Sinds september 2024 kunnen leerling restaurateurs in het rijksmonument de aanwezige lagen bouwhistorie onderzoeken en leren herkennen. “We houden op deze locatie allerlei workshops over historische materialen zoals houtsoorten, leien en bakstenen. Maar het gebouw zelf is ook uitstekend lesmateriaal. Zo zijn ambachtelijke timmermethodes met telmerken in dit gebouw terug te vinden”, legt Syquin uit. “Uiteraard werken we nauw samen met partners zoals het NRC en NCE of organiseren we workshop met vaste leveranciers. Denk aan workshops over glas-in-lood of natuursteen of een cursus bouwfysica in monumenten.”




Geen glas- en steenwol meer
Onlangs vond de workshop ‘biobased isoleren’ plaats, in samenwerking met Festool en Groene Bouwmaterialen. Veel collega’s van de werkvloer volgen deze workshop samen, zoals planontwikkelaar Joris van der Linden. “Nico de Bont is gestopt met glas- en steenwol en isoleert monumenten alleen met houtvezel, schapenwol, hennep of métisse (gerecyclede jeans).”
Uitvoerbaar
“Het zijn mooie materialen met hele goede eigenschappen,” vindt Joris. “Maar de toepassing ervan vergt een andere aanpak. Wat we bedenken, moet wel goed uitvoerbaar zijn op de bouwplaats. Bij de eerste verwerking van biobased isolatie werd hetzelfde mes gebruikt als voor minerale wol. Dat sneed voor geen meter.”
Met deze workshop leert een brede groep van collega’s alles over de optimale verwerking van de materialen met het juiste gereedschap. Bijvangst van de gezamenlijke workshop is dat collega’s elkaar wegwijs maken en ervaringen delen. Joris: “Zo neemt de toepassing ervan een vlucht en door kennis en ervaringen te delen maken we het ook een stuk leuker voor iedereen.”
Low-tech: minder installaties
Joris volgde ook de workshop Bouwfysica in Monumenten (NRC) over de risico’s bij na-isoleren van monumenten. “Ik heb veel geleerd over het belang van een zorgvuldige vochthuishouding in monumenten. Dat is bij ieder monument weer de juiste keuzes maken.” In een andere workshop werd ingezoomd op installaties in monumenten. “Niet alle installaties zijn nodig. Je kunt ook met een goed en duurzaam ontwerp het binnenklimaat van je gebouw optimaliseren. Bij de installaties die nodig zijn moet je goed kijken naar de balans tussen techniek en monumentale waardes.”
Lat hoger leggen
Joris vertelt over zijn functie bij Nico de Bont. “Vanuit mijn rol als planontwikkelaar kan ik in een zo vroeg mogelijk stadium kijken welke oplossingen het beste passen bij het monument. Met de workshops vanuit de Vakschool vul ik mijn kennis en ervaring aan. In een project blijf ik bijsturen zodat de eindkwaliteit zo hoog mogelijk komt te liggen. Door niet op te geven en met de mentaliteit van ‘alle kleine beetjes helpen’ kom je altijd weer een stap verder.”
Kennisuitwisseling in de sector
Syquin is blij met de resultaten van de Vakschool op de nieuwe leslocatie door de gemeente ter beschikking gesteld. ”Deelnemers zijn enthousiast, ook onderaannemers die we uitnodigen. We krijgen veel positieve reacties uit de erfgoedsector met de vraag om ook bij te dragen met een les of workshop. Die samenwerking draagt bij aan onze missie van kennisuitwisseling en het doorgeven van het vakmanschap.”
Syquin denkt vooruit. “We willen de samenwerking met bouwscholen, partners en opdrachtgevers in de sector verder uitbreiden. Mijn droom is om lokaal specialisten te kunnen blijven opleiden die zorg gaan dragen voor het lokale erfgoed. Een Erfgoed Campus.”